Weten wat je gelooft

Adventisten hebben 28 geloofspunten afgesproken waar ze samen voor staan. Sommige geloofspunten komen regelmatig aan de orde in de kerk, andere wat minder. Advent bespreekt elke keer een paar geloofspunten. Zodat ze ons weer helder voor de geest staan. En zodat we weten wat we geloven. Dit keer geloofspunt 18: De gave der profetie.

De gave van profetie

De Bijbel geeft aan dat profetie een van de gaven is van de heilige Geest. Deze gave is een kenmerk van de gemeente die trouw is aan God, en wij geloven dat deze tot uiting kwam in het werk van Ellen G. White. Haar geschriften spreken met profetisch gezag en bieden troost, leiding, onderwijs en correctie voor de kerk. Deze geschriften maken ook duidelijk dat de Bijbel de norm is waaraan alle onderwijs en ervaring moet worden getoetst.
(Numeri 12:6; 2 Kronieken 20:20; Amos 3:7; Joël 2:28, 29; Handelingen 2:14–21; 2 Timoteüs 3:16, 17; Hebreeën 1:1–3; Openbaring 12:17; 19:10.)

Wat vooraf ging

Als gelovigen nemen we het gezag van de Bijbel serieus. Dat geeft ons inzicht in wie God is en wie we zelf zijn. God is onze Schepper en onze Herschepper. Dat is nodig want we zijn zondige mensen. Met elkaar maken we als verloste mensen deel uit van zijn gemeente. Het is haar opdracht mensen te dopen, met elkaar het avondmaal te vieren. De vorige keer stonden we stil bij de gaven van de Geest. We lichten er nu één speciale gave uit: de gave der profetie.

Kenmerk van Gods Gemeente

Volgens Openbaring 12:17 onderscheidt het nageslacht van de vrouw, dat wil zeggen de gemeente van God, zich door twee dingen. Ze houden zich aan de geboden van God en ze getuigen van Jezus Christus. Dat laatste is, zeker in de tijd waarin Johannes de Openbaring schreef, geen eenvoudige opgave. Johannes is verbannen naar Patmos, omdat hij van Jezus getuigde (Openbaring 1:9). Hij week dus af van de gangbare religie van het Romeinse Rijk en deed bijvoorbeeld niet mee aan de aanbidding van de keizer. Wat dus in die eerste gemeente voorop staat is trouw aan God, zoals ook Jezus trouw was aan God.

Dat kwam bij Hem tot uiting door ook trouw te zijn aan Gods geboden. Hij was niet gekomen om die af te schaffen, maar om die tot vervulling te brengen (Matteüs 5:17). Dat betekent dat Jezus de echte betekenis van de geboden heeft duidelijk gemaakt, met name in de Bergrede (Matteüs 5-7). Een gelovige die trouw is aan God, getuigt van Jezus want hij volgt Hem na als zijn voorbeeld.

Wat is getuigen van Jezus?

Johannes vult dat ‘getuigen van Jezus’ in de Openbaring nader in. In hoofdstuk 19:10 verklaart hij dat dit gelijk staat aan ‘profeteren’. Met nadruk moeten we hier stellen: getuigen van Jezus is profeteren. De NBG-vertaling gebruikt hier woorden die in de Adventkerk heel bekend zijn: ‘de geest der profetie’. Zij passen dat met name toe op wat één van onze pioniers heeft gezegd en geschreven, namelijk op Ellen G. White. Als er in de geschiedenis van de Adventkerk één persoon is geweest die Jezus Christus centraal heeft gesteld, dan is dat wel Ellen G. White. Zij was echter in die beginperiode niet de enige die van haar liefde voor God en van zijn Woord heeft getuigd.

De geest van het profeteren moet je dus ruimer opvatten dan alleen maar het werk van Ellen White. De opdracht om te getuigen van Jezus gaat door. Ook wij hebben de opdracht om te ‘profeteren’.

De opdracht om te profeteren

Dan is het belangrijk om te weten wat we nu onder profeteren moeten verstaan. Een profeet is ‘iemand die door God is geroepen’. Hij ontvangt instructies van God en geeft die door aan het volk. Hij is dus de spreekbuis van God op aarde. In deze ruime zin van het woord zijn er altijd ‘profeten’ geweest. Ook Abraham en Mozes zijn profeten (Genesis 20:7 en Deuteronomium 18:15).

Het is goed te bedenken wat deze mannen deden. Zij hoorden de stem van God en negeerden die niet. Zij zijn beiden weggetrokken uit hun vertrouwde omgeving. Abraham verliet Ur en Mozes het hof van de farao in Egypte. Zij luisterden naar God en spraken vervolgens namens Hem tot de mensen. Daarom beschrijven wij de rol van de kerk ook als een profetische, om de grote daden van God te verkondigen. Dat is de kerk naast de rol van een priester (Exodus 19:15-16 en 1 Petrus 2:9). Let op dat de kerk een priester is. Hij valt onder de leiding van de hogepriester, Jezus Christus. De priester voert het werk uit namens hem en zo voeren ook wij het werk van Jezus uit namens Hem en in opdracht van Hem. Ook langs deze weg komen we weer uit bij de definitie van profeteren: spreken en handelen in de naam van Jezus. Dat doen we met name door te spreken over Jezus en wat Hij voor de mens heeft gedaan.

Jezus, de profeet

Als Jezus in de synagoge van Nazaret is, dan leest Hij voor uit de rol van de profeet Jesaja. Dan gaat Hij zitten en zegt dat deze woorden voor hun ogen in vervulling gaan en wel in Hem. Let vooral goed op hoe dit citaat begint: ‘De Geest van de Heer rust op mij’. In Jezus is de geest van het profeteren aan het werk.

Jezus plaatst zichzelf in de traditie van de profeten. Matteüs beschrijft in zijn evangelie dat Jezus de vervulling is van de profetie van Jesaja (Matteüs 12:17-21; vgl. Jesaja 42:1-4). In Jezus is de geest der profetie dus aanwezig en zij die van Hem getuigen, zijn ook aan het profeteren. Net als Jezus spreken zij namens God. Deze beschrijving past ook heel goed bij Ellen White. Daarom passen we de woorden van de profeet Joël toe op haar (Joël 3:1-2).

De apostelen citeren deze tekst ook (Handelingen 2:14-21) en passen die toe op wat zij doen. De rest van het tweede hoofdstuk van Handelingen maakt duidelijk wat dat is: zij getuigen van het leven, de dood en de opstanding van Jezus Christus. Getuigen van Jezus is inderdaad profeteren. Dat was de opdracht aan Ellen White, maar ook aan ons allemaal. In die zin is de geest der profetie in de kerk niet beperkt tot wat zij zegt.

Dit bericht werd gepubliceerd in Advent 2 2019: Ruimte en is onderdeel van de reeks Weten wat je gelooft. Thijs de Reus is predikant van Emmen en districtsvoorzitter van Noord-Nederland

Adventist.org is the official website of the Seventh-day Adventist church

Seventh-day Adventists are devoted to helping people understand the Bible to find freedom, healing, and hope in Jesus.