Door zuster Ruthline
Eerlijk is eerlijk: toen ik voor het eerst hoorde over de missiereis naar Ghana, dacht ik aan een beeld dat waarschijnlijk door menig satirisch tijdschrift is gevoed. Een groep middelbare witte mannen, bierbuik vooruit, gekleed in kaki jasjes en shorts, tropenhelm stevig op het hoofd, kniekousen opgetrokken tot aan rode kuiten, stevig schoeisel van de ANWB en een licht paniekerige blik die de “wilde zwarte mens” in de gaten houdt. En daarachter een stoet katholieke pastoors met Bijbels in de hand, op jacht naar zieltjes. Niet meteen het avontuur waar ik warm voor liep.
En toch … Ghana stond al een tijdje op mijn verlanglijstje. Toen de uitnodiging vanuit AJV kwam, dacht ik: Waarom zou een grijze, wijze zuster als ik (boven de zestig!) meegaan met een groep jongeren? Daarbij dacht ik aan scheurbuik door het water, muggen die me malaria zouden bezorgen, en een dramatisch einde ergens in een stoffig dorpsziekenhuis …
Bijzonder moment van zuster Anita
Maandag 18 augustus waren we op bezoek bij het kleine SDA-ziekenhuis in Sunyani, vanwege een donatie van verpleegartikelen en nierdialyse-apparaten, die daar heel erg nodig waren, omdat er in dat gebied geen dialyse-apparaten beschikbaar waren. Door Gods genade hebben we daar twee apparaten kunnen doneren, en de dankbaarheid was erg groot! Naast de donaties zijn we ook langs een aantal verpleegafdelingen geweest, waar we bemoedigende teksten uitdeelden en wat lekkers en speeltjes voor de kinderen op de kinderafdeling. Er waren ook tien mensen die we door Gods voorzienigheid konden helpen met het betalen van hun ziekenhuisrekening zodat ze naar huis konden. Ook boden we de patiënten aan om voor hen te bidden, wat de mensen heel erg waardeerden. En zo was het dat, terwijl ik in gebed was bij een patiënt op de vrouwenafdeling, ik een zacht tikken op mij schouder voelde. Nadat ik klaar was met mijn gebed, draaide ik mij om, en zag een zwangere vrouw op haar bed zitten met een enorme buik! ‘I need prayer!’, zei ze resoluut. Ze was namelijk zwanger van een tweeling en zou de volgende dag via keizersnede geholpen worden, en dus vond ze het heel belangrijk om Gods zegen af te smeken voor een goede afloop. Haar eveneens zwangere buurvrouw op de zaal viel haar bij: ‘Yes, me too!’
En zo heeft de Here ons mogen gebruiken om rust en blijdschap te brengen, en hun zijn aanwezigheid te laten voelen.
De aftrap
Maar op 9 augustus stond ik er gewoon, rond 20:00 uur meldde ik me in het Koetshuis in Huis ter Heide. Kennismaken en samen eten ging makkelijk, als broeders en zusters van verschillende kerken voelde het meteen vertrouwd.
De grootste groep kwam uit de Kerk Bonnotisia in Amsterdam: broeders Oswaldy en Giovanni, zusters Ingrid, Meurley, Lea, Gigi en ikzelf – zuster Ruthline.
Uit Groningen kwamen zuster Anita en onze lieve, jonge benjamin Lujourney.
Uit Den Haag waren zuster Astrid en Chilla van de partij.
Vanuit Engeland sloot zuster Jennifer en Patricia zich in Accra bij ons aan.
En vanuit Lelystad reisde zuster Jewel mee, dochter van zuster Cynthia, die zelf niet mee ging, maar samen met pastors Gabriel en Choni een sterke motor achter deze hele missie was. Ook pastor Rob de Raad – alias “de witte Ghanees” – was erbij. Toen ik hem zag, vroeg ik me wel af: Waar zijn toch al onze andere witte broeders en zusters gebleven?

De reis en aankomst
Op 10 augustus vertrokken we vroeg met de bus naar Brussel. De broeders Gabriel en Choni, namen resoluut de leiding en het inchecken verliep soepel. In het vliegtuig begon ons evangelisatiewerk al direct, want de sfeer zat er goed in toen we uit volle borst zongen voor het cabinepersoneel!
Bij aankomst in Accra kregen we een warm “Akwaaba” (welkom). Zus Patricia en broer Toni stonden klaar met kleurrijke Kente-sjaals en een stevige omhelzing. Het voelde meteen als thuiskomen.
Bijzonder moment zuster Jewel
Ik heb een bijzondere missiontrip mogen ervaren met een geweldige groep christenen van de Zevende-dags Adventisten. Onze reis naar Ghana was niet alleen veilig en gezegend, maar ook een ervaring die mijn hart voorgoed heeft veranderd. Daar heb ik niet alleen een tweede familie gevonden, maar ook onvergetelijke herinneringen gemaakt en diepe momenten met God beleefd. God heeft ons de kans gegeven om mensen daar te helpen, maar tegelijk ook om zelf stil te staan bij hoe dankbaar we mogen zijn. Vooral voor de luxe en overvloed die we in Nederland vaak vanzelfsprekend vinden. In Ghana heb ik geleerd dat geluk niet in rijkdom of materiële dingen zit, maar juist in de kleine dingen: in creativiteit, in samenzijn, in gebed en in iets eenvoudigs als een knuffel die je dag maakt. Wat mij het meest is bijgebleven, is een telefoontje van pastor/president Edward. Hij belde mij met het nieuws dat er een ziekenhuis naar mij vernoemd gaat worden. Eerst dacht ik dat het een grap was, maar het was werkelijkheid. Dat raakte mij diep, omdat iedereen tijdens deze reis iets bijzonders en unieks heeft achtergelaten. Toch werd ik uitgekozen om op deze manier herdacht te worden.
Dit leert mij dat God je soms op een manier eert die je zelf nooit had kunnen bedenken. Het gaat er niet om groot of belangrijk te zijn, maar om beschikbaar te zijn voor Hem en voor anderen. Wanneer je je hart openstelt, kan God iets kleins gebruiken om iets groots te doen. ❤️
De pakketten en dialyse-apparaten gearriveerd!
Wat bijzonder was: weken eerder hadden we al spullen per vrachtschip vooruitgestuurd. Zoveel mensen hadden bijgedragen, bedrijven, kerken, individuen, gelovig en niet-gelovig. De donaties die we ontvingen via de bank … indrukwekkend! Tijdens het uitpakken voelden we dankbaarheid én een groeiend verlangen om uit te delen. En dat deden we.
In Techiman werden we als VIP’s verwelkomd op camp-meetings, maar het echte werk begon toen we schoolspullen, kleding en andere goederen mochten uitdelen aan kinderen. Dat waren nederige momenten, het besef dat zegen ook verantwoordelijkheid betekent.
In Sunyani bezochten we een ziekenhuis waar we mochten bidden voor vrouwen en zieke kinderen. Met de ingezamelde giften konden we een aantal medische kosten betalen, zodat patiënten weer naar huis konden. Chef Toni zorgde voor een verrassingslunch voor het personeel; wat een klein gebaar met grote impact!
Tranen en inzichten
Er waren stille momenten van gebed, maar ook momenten waarop de tranen rijkelijk vloeiden. Tranen van verwondering, medeleven, maar ook van diepe dankbaarheid. Want als je daar staat tegenover mensen die met zo weinig zo veel liefde uitstralen, realiseer je je hoe goed wij het hebben, hier in het Westen. Misschien wel té goed.
Geven, helpen, dicht bij mensen zijn. En tegelijk leren: dat welvaart geen vanzelfsprekendheid is. Dat is wat deze missiereis voor mij betekende. Mijn beeld van een missiereis is voorgoed veranderd. Geen tropenhelmen, geen zieltjesjacht, geen stereotiepe safari-taferelen. Maar echte mensen. Echt werk. En een echt Goddelijk doel.
Bijzonder moment zuster Suhainy
Ons eerste uitdeelmoment vond plaats bij de Awrowa Church. De ruimte zat vol met kinderen. Alleen dat vond ik al bijzonder om te zien, hoe zij verwachtingsvol klaar zaten om een cadeautje te ontvangen. Tijdens het inpakken van de tassen voelde ik me emotioneel. In elke tas zat bijvoorbeeld iets kleins: een speelgoedje, een pen, een bal of een schrift. En toch wist ik dat dit kleine gebaar de kinderen blij zou maken. Toen de tassen werden uitgedeeld en ik de gezichten van de kinderen zag, zo blij, zo dankbaar, raakte dat me diep. Het besef kwam binnen: iets wat voor ons heel klein lijkt, betekent voor hen zo veel.
Ik moest denken aan hoe goed wij het in Nederland eigenlijk hebben. En toch klagen we soms, of staan we te weinig stil bij de zegeningen die we dagelijks ontvangen. Dit moment herinnerde mij eraan hoe belangrijk dankbaarheid is.
Ik heb ook bewust even een moment genomen om apart te gaan staan en te reflecteren. Om mijn emoties toe te laten, zodat alles kon bezinken. Ik wil dit niet zomaar voorbij laten gaan, maar het echt meenemen in mijn persoonlijke leven en ook in hoe ik de Heer dien.
Een missiereis voor Iedereen
Deze missiereis heeft mij niet alleen geleerd om meer te geven, maar ook om veel over mezelf te ontdekken. Wat het betekent om echt te helpen, wat het betekent om te geven aan diegene die het echt nodig hebben. Soms voelde ik me zelfs uit mijn comfortzone gehaald, maar juist daarin voelde ik de kracht van compassie.
Laten we altijd klaarstaan om te helpen, of we nu fysiek ter plekke zijn of op afstand. Er zijn zoveel plekken waar onze medemens het minder heeft, waar er onderdrukking, oorlog en honger heersen. En zelfs in de kleinste dingen kunnen we het verschil maken.
De vraag is: waarom gaan we helpen? Als we het doen uit een gevoel van plicht, hoogmoed of om te tonen hoe geweldig wijzelf wel niet zijn, missen we het echte doel van barmhartigheid. In plaats daarvan moeten we gaan uit een hart vol liefde en compassie, precies zoals Jezus ons heeft voorgedaan. Het was iets wat ik elke dag opnieuw leerde in Ghana. Niet door te geven wat wij denken dat ze nodig hebben, maar door werkelijk te luisteren naar hun verhalen, en hun behoeften te begrijpen.
Bijzonder moment van zuster Ingrid
Ik ben Ingrid Davelaar, 65 jaar, lid van de gemeente Bon Notisia Amsterdam Ik heb mij pas dit jaar opgegeven om mee te gaan met deze missie trip naar Ghana, en ik ben zr. Ruthline dankbaar die mij aangemoedigd heeft om me aan te melden. Ik heb er geen spijt van, want het heeft mij persoonlijk aangeraakt. Mijn ervaring met deze trip was heel gezegend, want het is mijn passie om mensen in het bijzonder kinderen te helpen, te geven en te leren waar nodig is, om anderen te zegenen. Dat is zeker gelukt. Mensen en kinderen waren heel dankbaar, en dat voelde goed.
Zr. Lea had een presentatie over ‘slow start’ met kinderen op school of in de kerk waarbij een zuster die in de groep zat een vraag had gesteld. Ze heeft een pleegzoon in huis en deze gedraagt zich niet. Hij is alleen bezig met alles wat tegen Gods Woord is. Haar vraag was of ze deze pleegzoon moet wegsturen, en op dat moment sprak God tot mij om op te staan om tot deze zuster en de groep te spreken. Ik ben ook jarenlang pleegouder, en heb veel ervaring met verschillende karakters en gedrag van pleegkinderen. De Geest van God sprak tot mij, en ik heb deze zuster in het bijzijn van de groep het volgende gezegd: Stuur de pleegzoon niet weg! Bid en vraag Gods leiding over hoe je ermee moet omgaan, praat met je pleegzoon en leg hem uit wat niet goed is, en vertel wat God van ons verlangt en waarom. Deze jongen is nu een prooi voor satan, en heeft leiding nodig van God, en bovenal liefde, geduld en wijsheid.
Ik zou alleen iemand wegsturen als je gezin gevaar loopt, maar blijf God vragen voor wijsheid hoe je ermee moet omgaan. Wat je ook gaat doen, bid en vraag wijsheid. Al ben je bang of durf je niet: laat de Geest van God jou leiden. Gods rijke zegen!
Op een van de dagen, toen we in Sunyani het ziekenhuis bezochten, hadden we geen “groot plan”; we waren er gewoon om te zijn voor de mensen. We gaven hun niet alleen het materiële, maar ook onze tijd en aandacht. Het gebed dat we samen uitspraken voor een jonge aanstaande moeder, was een moment van diepe verbondenheid. Wij gaven haar geen wondermiddel, maar op dat moment was het een bemoedigend woord en een gebed van liefde dat ze het meest nodig had.
Toen we schoolspullen en kleding uitdeelden aan kinderen in Techiman, zag ik de pure vreugde in hun ogen, maar ook de nederigheid. Dit was geen grootse missie; dit was simpelweg het geven van iets wat hen op dat moment zou helpen en misschien even blij zou maken. En juist daar begreep ik het: niet wat wij hebben, maar wat wij geven kan een wereld van verschil maken.
Jezus heeft ons het voorbeeld gegeven: hulp komt uit liefde, uit barmhartigheid, uit het verlangen om te dienen en niet te heersen. En dat is precies wat God van ons verwacht: niet uit trots, maar uit een oprecht verlangen om het goede te doen. Het maakt niet uit waar we zijn, of hoe ver weg. De roeping is hetzelfde: geef uit liefde, geef uit compassie. Matteüs 25:40 zegt: “Wat je voor één van deze minsten van mijn broeders hebt gedaan, heb je voor mij gedaan.”
Ik ben zó dankbaar dat ik ben meegegaan!
Ruthline Margarita